Terug naar overzicht

Medische Encyclopedie

Inhoud

pitolisant

Pitolisant zorgt ervoor dat u overdag langer wakker en alerter bent. Hierdoor voorkomt het dat u zomaar in slaap valt. Ook werkt het tegen de spierverslapping bij kataplexie.

Artsen schrijven het voor bij narcolepsie (slaapziekte).

Wat doet pitolisant en waarbij gebruik ik het?

Narcolepsie

Verschijnselen
Narcolepsie is een slaap- en waakstoornis met slaapaanvallen overdag. U heeft dan overdag slaapaanvallen die u niet tegen kunt houden. Ook kan uw slaap in de nacht vaak worden onderbroken, waardoor u overdag moe en slaperig bent. 

Bij narcolepsie kunnen ook de spieren opeens verslappen (kataplexie). Dit gebeurt meestal als reactie op hevige emoties, zoals lachen of schrikken. Zo’n aanval duurt een paar seconden tot een paar minuten. U bent bij deze aanval bij bewustzijn.

Ook slaapverlamming komt vaak voor. Hierbij verslappen uw spieren net voor u in slaap valt of als u net wakker bent. U kunt zich dan even niet bewegen. 

De ziekte is zeer zeldzaam en ontstaat meestal tussen het 15e en 30e levensjaar. Het is niet bekend hoe het ontstaat.

Behandeling
Allereerst bestaat de behandeling van narcolepsie uit het zorgen van regelmaat in uw leven. Bijvoorbeeld door elke dag op dezelfde tijd op te staan en naar bed te gaan. Ook het doen van korte dutjes overdag van 20 tot 30 minuten kunnen helpen.

Als dit onvoldoende werkt, en u last heeft van zowel slaperig zijn overdag als het opeens verslappen van spieren, dan schrijft uw arts meestal pitolisant voor.

Werking 
Pitolisant zorgt ervoor dat u overdag langer wakker en alerter bent. Hierdoor voorkomt het dat u zomaar in slaap valt. Ook werkt het tegen de spierverslapping bij kataplexie. U voelt na enkele dagen dat pitolisant werkt. Na een paar weken werkt pitolisant maximaal.

Lees meer over narcolepsie . “

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

  • Maagdarmklachten, zoals misselijk zijn, overgeven, maagpijn, zuurbranden en een opgeblazen gevoel. 

    Zeer zelden meer of minder eetlust, waardoor u kunt afvallen of juist zwaarder kunt worden, diarree, verstopping, winderigheid, pijn in de bovenbuik en maagontsteking.

  • Moeite met in slaap vallen of doorslapen in de nacht en moe zijn. 

    • Zeer zelden slaperig zijn en meer gapen dan normaal.
    • Heeft u hier last van? Raadpleeg dan uw arts.
  • Psychische klachten, zoals prikkelbaar zijn en depressie. Ook kunt u angstig zijn.

    • Zeer zelden aandachtsproblemen, in de war zijn, opgewonden, gespannen, zenuwachtig en rusteloos zijn, paniekaanval, rare dromen en nachtmerries, hallucinaties of andere vreemde waarnemingen zoals dingen horen of zien die er niet zijn. De hallucinaties kunnen meestal optreden wanneer u in slaap valt of wakker wordt. Heeft u veel last van deze klachten of worden uw klachten erger? Waarschuw dan uw arts.
    • Ook kunt u zeer zelden obsessieve gedachten en gedachten aan zelfmoord krijgen. Merkt u dit? Waarschuw dan direct uw arts.
  • Hoofdpijn

    • Zeer zelden migraine en spanningshoofdpijn.
    • Spanningshoofdpijn merkt u aan erge pijn aan de zijkanten van uw hoofd. Dit is vervelend maar niet gevaarlijk. Heeft u hier toch veel last van? Raadpleeg dan uw arts.
    • Een migraine is een aanval van erge hoofdpijn. Dit is een bonzende pijn, vaak aan 1 kant van uw hoofd. Heeft u hier last van? Raadpleeg dan uw arts.
  • Trillen

  • (Draai)duizelig zijn.

    Als u zich duizelig voelt, sta dan niet te snel op uit bed of van een stoel. Ga dan even liggen en leg uw benen wat hoger, bijvoorbeeld op een kussen. Blijft u last houden? Bespreek dit dan met uw arts.

Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

  • Doof of tintelend gevoel in mond.

  • Epileptische aanvallen

    Mensen met epilepsie hebben kans dat zij meer aanvallen krijgen. Overleg hierover met uw arts.

  • Verliezen van het bewustzijn.

  • Geen emoties, enthousiasme en motivatie meer hebben.

  • Geheugenproblemen en vergeetachtig zijn.

    Heeft u hier last van? Raadpleeg dan uw arts.

  • Niet stil kunnen zitten, het maken van trage bewegingen, rusteloze benen, plotse zwakte in de spieren, stijve spieren, spierkrampen en plotse onverwachte bewegingen maken. 

    Heeft u hier last van? Raadpleeg dan uw arts.

  • Pijn, zoals gewrichtspijn, rugpijn, botpijn, nekpijn, spierpijn en pijn in de benen en armen.

  • Ziek, zwak en vermoeid gevoel.

  • Problemen met uw evenwicht.

  • Slechter zien en zenuwtrekjes van het ooglid.

  • Oorsuizen 

  • Droge mond. Ook moeilijk kunnen slikken en pijn bij het slikken.

    Heeft u hier last van? Raadpleeg dan uw arts.

  • Opvliegers 

  • Erg veel zweten, ook in de nacht.

  • Minder of soms juist meer zin in vrijen.

  • Vaker dan normaal moeten plassen.

    Heeft u hier last van? Raadpleeg dan uw arts.

  • Opgezwollen enkels en onderbenen. 

    Dit komt door te veel verwijding van de bloedvaten in de benen. Raadpleeg uw arts als u hier last van heeft. 

  • Een trage hartslag.

  • Het voelen van extra hartslagen en pijn op de borst.

    Heeft u hier last van? Raadpleeg dan uw arts.

  • Een hogere of lagere bloeddruk.

  • Hartritmestoornissen. U kunt dan last krijgen van plots duizelig zijn of even flauwvallen. Dit is vooral van belang voor mensen met de hartritmestoornis verlengd QT-interval. Gebruik dit medicijn NIET als u deze hartritmestoornis heeft. Overleg met uw arts. Mogelijk kunt u overstappen op een ander medicijn.

  • Huiduitslag, jeuk en een rode huid.

    • Huiduitslag kan wijzen op overgevoeligheid, maar dat hoeft niet. Raadpleeg bij huiduitslag uw arts.
    • Zeer zelden kunt u ook een erge huidaandoening met blaren op de huid krijgen. Waarschuw uw arts als u hier last van heeft.
  • Overgevoeligheid voor licht.

    • Uw huid kan gevoeliger worden voor UV-licht. Bijvoorbeeld van de zon, de zonnebank of UV-lamp. Dit kan jeuk, een rode huid en erge verbranding geven. Ook kunt u last krijgen van huiduitslag en huidverkleuring. 
    • Begint u net met dit medicijn? Blijf dan uit direct zonlicht, vooral tussen 10:00 en 15:00 uur. Bescherm uw huid tegen de zon. Bijvoorbeeld met zonnebrandmiddel en beschermende kleding, zoals een hoed en een zonnebril. Ga niet onder de zonnebank. 
    • Krijgt u een erge reactie op de zon? Stop dan met dit medicijn en waarschuw uw arts.
  • Bij vrouwen: bloeding uit de baarmoeder.

    Deze bloeding ontstaat als u niet ongesteld bent. Het gebeurt op onregelmatige momenten. Heeft u hier last van? Raadpleeg dan uw arts.

  • Een spontane abortus. Let op! Gebruik dit medicijn NIET als u zwanger bent of wilt worden. 

    • Tijdens en tot 21 dagen na de behandeling moet u betrouwbare anticonceptie gebruiken.
    • Bent u toch zwanger geworden tijdens de behandeling? Waarschuw dan direct uw arts.
  • Leverschade

    U merkt dit aan een gevoelige, opgezwollen buik, buikpijn of een gele verkleuring van het oogwit of van de huid. Waarschuw dan meteen uw arts.

  • Ontsteking van de dunne en dikke darm.

    Heeft u vaak last van erge diarree en buikpijn, krampen en soms koorts? Neem dan direct contact op met uw arts.

Uitleg frequenties

Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen

Mag ik pitolisant gebruiken met andere medicijnen?

Dit medicijn heeft wisselwerkingen met andere medicijnen. In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje ‘samenstelling’.

De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.

  • Rifampicine, een medicijn tegen tuberculose. Rifampicine zorgt ervoor dat pitolisant minder goed werkt. Overleg hierover met uw arts. Als u stopt met het medicijn duurt het een paar weken totdat dit effect op pitolisant weg is.
  • Paroxetine, een medicijn tegen depressie. Paroxetine kan de bijwerkingen van pitolisant sterker maken. Dit is alleen belangrijk als u al pitolisant gebruikt en daar paroxetine bij krijgt. Overleg met uw arts als u paroxetine erbij moet gaan gebruiken. Mogelijk kan uw arts u een ander medicijn voorschrijven of controleert uw arts u extra. Als het nodig is past de arts de dosering van pitolisant aan.

Twijfelt u eraan of een van de bovenstaande wisselwerkingen voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.

Kan ik met dit medicijn autorijden, alcohol drinken en alles eten of drinken?

Autorijden?
Dit medicijn kan bijwerkingen veroorzaken, zoals (draai-)duizelig zijn.

Gebruikt u 36 mg of minder pitolisant per dag? En heeft u last van bijwerkingen? Dan mag u niet autorijden. Het kan gevaarlijk zijn aan het verkeer deel te nemen zo lang u last heeft van deze bijwerkingen. Deze bijwerkingen komen vooral de eerste dagen van het gebruik voor.

Gebruikt u meer dan 36 mg pitolisant per dag? Let er dan op dat u meer last kunt hebben van deze bijwerkingen. Rijdt geen auto zolang u last heeft van bijwerkingen.

Let op: narcolepsie (slaapziekte) kan een reden zijn dat u niet mag autorijden. Overleg met uw arts of dat bij u het geval is. Wilt u meer informatie over autorijden bij bepaalde aandoeningen? Kijk dan op de website van het CBR.

Voor meer algemene informatie kunt u het thema ‘Medicijnen in het verkeer‘ lezen. In dit thema leest u bijvoorbeeld wat de wet zegt over medicijnen in het verkeer. Ook vindt u adviezen waarmee u rekening moet houden als u wel (weer) mag autorijden.

Alcohol drinken?
Alcohol kan u extra suf en slaperig maken. Dit is nadelig als u narcolepsie heeft. Drink daarom liever geen alcohol.

Alles eten?
U mag eten en drinken zoals u normaal ook doet.

Mag ik dit medicijn gebruiken als ik zwanger ben, wil worden of borstvoeding geef?

Zwangerschap
Gebruik dit medicijn NIET als u zwanger bent of wilt worden. Over het gebruik van dit medicijn tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Tijdens de behandeling en tot 21 dagen daarna mag u niet zwanger worden. Bespreek met uw arts een betrouwbare anticonceptiemethode.

Borstvoeding
Geef GEEN borstvoeding als u dit medicijn gebruikt. Het is niet bekend of dit medicijn in de moedermelk terechtkomt en schadelijk voor de baby is. Mogelijk kan uw arts u (tijdelijk) een ander medicijn voorschrijven, waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken. Of u kunt flesvoeding geven.

Hoe gebruik ik dit medicijn?

Hoe?
Neem de tabletten in met een half glas water.

Wanneer?
Neem dit medicijn 1 keer per dag in de ochtend in tijdens het ontbijt.

Neem het niet later op de dag in omdat u anders in de avond moeilijk in slaap kunt vallen.

Hoe lang?
Uw arts bepaalt hoe lang u dit medicijn moet gebruiken. De behandeling gaat door zolang u klachten heeft en het medicijn blijft werken.